Rosa liep rustig op haar gemak door de gang van de school. Eigenlijk was ze hier al sinds vorige week maar ze voelde zicht te slecht om al te gaan, dus bleef ze maar gewoon wat rondhangen. Nu ging ze waarschijnlijk wel een preek krijgen maar dat maakte niks uit. Een paar kakkerige tutjes keken afkeurend naar haar schoenen. Ja ze moest toegeven, ze waren helemaal versleten maar toch moest ze niks hebben van die blikken. Rosa’s ogen wierpen de tutjes een geërgerde blik toe maar die begonnen gewoon te lachen. Ze haalde haar schouders op en ging op zoek naar haar locker. Na een klein minuutje had ze die al gevonden en ze keek er even naar. Die moest ze toch maar eens wat aanpassen dacht ze en een grijns kwam op haar gezicht. Ze liet haar tas neervallen op de grond en opende hem. Er zaten boeken in want die lagen nog niet in haar kluisje en vanonder lagen spuitbussen. Ze keek even of er mensen keken en begon toen. Na een tijdje zag het er al veel beter uit. Ze had er iets van gemaakt waarvan ze zelf niet eens wist wat het was maar het resultaat was toch wel mooi. Ze legde haar boeken snel in haar kluisje en gooide het dicht, ze was net een beetje rustig geworden maar werd weer kwaad toen ze de tutjes weer zag lachen. Haar handen balde ze tot vuisten en ze kon zich nog net inhouden om ze niet een permanente blauwe oogschaduw te geven. Vanuit haar ooghoeken zag ze de directeur op haar afkomen. Ze deed alsof ze hem niet zag en verborg zich achter de deur van haar kluisje. ‘Roselina, wil je even meekomen.’ Ze zuchtte en zei mompelend ‘Rosa, het is Rosa vieze sukkel.’ Dat laatste zij ze zachter maar hij had het toch gehoord. ‘Wat zei je?’ hoorde ze de man zeggen. ‘Niks hoor.’ Mompelde ze, de man was toch wel kwaad en zeker toen hij haar kluisje zag. Ze wist dat dit zou gebeuren maar het boeide haar nu helemaal niet veel. Haar ogen gleden af naar het groepje tutjes die nog steeds aan het kijken waren en ze keek kwaad naar hun. De man wou dat ze meeging en Rosa zei ‘Waarom zeg je het hier niet hé?’ Ze vond het nu wel van de ene kant grappig maar van de andere kant was ze extreem kwaad. De man wou haar bij haar arm vastpakken en dat ze zo mee ging maar dat had hij verkeerd gedaan. ‘Blijf van me af en laat me met rust, denk je dat je me moeder bent of zo.’ Ze zei geërgerd en ze sloeg de hand van zich af, hij moest haar laten doen wat ze wou, ze ging heus niet doen wat hij zei, in zijn dromen! Ze draaide zich om en liep weg met een kwade directeur achter zich, Ze versnelde haar passen en hoorde de directeur vloeken. Ze was nu niet meer kwaad en vond het alleen maar grappig. Ze ging naar links, daarna snel een trap op en daar ging ze in de gang op een bankje zitten. Ze wist zeker dat de directeur haar een dikke straf zou geven als die haar weer zag maar dan nog, ze deed niet wat andere mensen haar zeiden te doen dus die straf ging ze al helemaal niet uitvoeren. Wat dacht hij wel niet, dat hij haar de baas of zo kon zijn.
-iedereen-