Fay stopte in haar Lotus Elise op een parkeerplaats waarvan ze wist dat er geen camerabewaking aanwezig was. De hele weg had ze een dik vest aan, een sjaal om en een pet op om iedere camera onderweg te kunnen mijden, als die er al waren dan had niemand ook maar kunnen bedenken dat er een meisje achter het stuur zat.
Wanneer het meisje op de meest afgelegen parkeerplaats van Santa Monica stond parkeerde ze hem een halve meter op de stoep zodat een sleepauto hem binnen no time op ging halen. Ze ontdeed zich van haar vest, sjaal en pet stopte dat materiaal in haar rugzak om deze netjes dicht te ritsen. Ze had geleerd van haar vader hoe ze dit moest aanpakken en iedere tip kwam handig uit. Ze had plastic over de schakelknuppel, het stuur en de bekleding van de auto gedaan die ze er nu afhaalde om ook in haar rugzak te stoppen. En als laatste ging ook de sleutel in haar rugzak, ze spoot uit een deobus nog één of ander goedje wat haar DNA, als het er nog was, volledig kapot maakte.
Ze stapte uit de auto, sloot de deur achter zich, propte de deobus en haar handschoenen als laatste in haar rugzak en haalde een zakmes uit haar broekzak die ze in het linker voorwiel stak. Ze kon het niet over haar hart verkrijgen dat een andere zak er nu met die auto vandoor ging. Ook het zakmes verdween nu in haar rugzak en ze liep met een volle rugzak bij de auto vandaan om een zwarte bladzijde uit haar leven te verbranden. Vannacht eindigde haar rugzak op de bodem van de oceaan. Fay glimlachte, de crimineel had geen spijt van haar daad. Je moet alles in je leven eens geprobeerd hebben.
Ze ging bij een bushalte staan, in haar gebruikelijke kleding. Ze droeg nu wat ze onder haar eerste vest aanhad, een klein wit topje boven haar navel en een lange witte spijkerbroek. De vieze zwarte roofkleding zat inmiddels veilig in haar rugzak.
(Ik ben NIET uit het topic (A))
do aug 19, 2010 10:51 am